Het Agentschap Natuur en Bos wordt steeds vaker geconfronteerd met dossiers van bedrijven die hun bedrijfsafvalwater lozen in de openbare riolering en zo via een waterzuiveringsinstallatie in het oppervlaktewater. In een aantal dossiers spreekt men over recalcitrante chemische zuurstofvraag (CZV) en beoordeelt men de mogelijke impact hiervan op het watersysteem als verwaarloosbaar. Men stelt dat een verhoogde lozingsconcentratie van deze parameter geen impact kan hebben op het waterleven aangezien dit geen bijkomende zuurstofvraag zou veroorzaken. In dit advies gaan we na of dit correct is. We verduidelijken het onderscheid tussen recalcitrante en niet-recalcitrante CZV en bespreken de mogelijke effecten van recalcitrante organische stoffen op het aquatisch milieu.
Oorspronkelijke taal | Nederlands |
---|
Naam | Adviezen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek |
---|
Nr. | INBO.A.4491 |
---|
- Oppervlaktewater
- Stromende wateren
- Verontreiniging